vrijdag 30 januari 2009

Dromen.

Ik droom, ik heb gedroomd, ik heb een droom.

Ze zeggen dat je steeds in je dromen moet geloven, dat ze ooit uitkomen maar wat als het even niet meer lukt, als je je droom kwijt bent of beter gezegd als je je hoop kwijt bent. De hoop die je steeds weer door het donker leidt. De droom die steeds het lichtend eind puntje is uit het donker.

Wat als je even vergeten bent wat die droom nu weer was, wat als je te oud bent geworden en beseft dat dromen bedrog zijn.

Een droom kan net zo snel uiteen spatten als een glas dat je laat vallen in duizend stukjes. Dan kan je het nog zo goed lijmen het zal nooit meer zo stevig zijn als dat het ooit was.

Ik probeer steeds opnieuw en opnieuw en opnieuw maar ik val ook telkens weer en elke keer dieper en dieper.

Laat me terug in mijn dromen geloven asjeblieft. Laat me er zo hard in geloven dat het pijn doet.

maandag 26 januari 2009

Brief aan God.

Beste God,

Ik weet niet hoe ik u het beste aan spreek dus doe ik het zo. Ik wil in u geloven, ik wil geloven dat u bestaat en niet enkel in mijn fantasie. God laat mij vurig geloven dat u bestaat ik wil het weten niet enkel proberen voelen.

U bestaat toch? Waarom steeds die twijfel waarom kan ik niet zeker weten. Zeker weten dat er iemand daar boven zit, iemand die over mij waakt, iemand die steeds het zachte stemmetje in mijn hoofd is. Geef een teken als ik tot drie tel.

1

2

3

Slaapt u?

Dan kan u natuurlijk geen teken geven. Of bestaat u niet? Dan kan u het zeker niet.

Ik geloof, nee ik wil geloven.

zondag 18 januari 2009

God waar bent u?

Op de zesde dag was er de mens...

Is het niet te gemakkelijk om te geloven in iets wat je niet kan zien of horen. Als er een God zou zijn waarom zijn er dan nog steeds mensen die buiten slapen, mensen die steeds honger hebben. Waarom dan oorlog?

Verdriet.
Angst.
Pijn.
Eenzaamheid.

Als er een God bestaat zou die dan niet verhinderen dat er mensen worden vermoord enkel omdat ze niet zo zijn als de rest? Zou hij dan niet verhinderen dat mensen van de ene dag op de andere alles kwijt kunnen zijn?

Verdriet.
Angst.
Pijn.
Eenzaamheid.

God is een verzinsel van mensen die zwak zijn en iets nodig hebben om steeds alles te verklaren. God is een verhaaltje dat men wijs maakt aan kleine kinderen om hen gerust te stellen wanneer hun lievelingsdier of oma sterft.
"Zij zijn nu bij God."

Verdriet.
Angst.
Pijn.
Eenzaamheid.

God is niet diegene die bepaalt of je goed of slecht leeft diegene die dat bepaalt ben jezelf.

Verdriet.
Angst.
Pijn.
Verlossing.

vrijdag 16 januari 2009

Toneel val.

Hoe zou het zijn als je zou neervallen op het podium. Net na je je laatste zin gezegd hebt, na je je laatste woord hebt uitgesproken en je je laatste punt gezet hebt.

Je zou vallen en deze keer zou het geen toneel val zijn. Deze keer niet. Iedereen zou denken dat het bij het stuk hoort misschien zouden ze wel lachen omdat je valt, je valt en blijft vallen. Ze zouden lachen tot ze door hebben dat het geen toneel val is.

Het laatste wat je zou zien zijn de spots die je verblinden. Ze verblinden je net zoals het witte licht na de beroemde tunnel je zou verblinden. Je zou uiteindelijk mensen naar je toe zien rennen, je zou verwarde blikken zien, bezorgde blikken en je zou de ambulance horen. Dit alles zou verspilde moeite geweest zijn. Het was je lot neer te vallen op de scéne.

Je zou terecht komen in de veel besproken hemel daar waar ze rijstpap met gouden lepeltjes eten. Je zou bij God terecht komen hij zou beslissen over je lot misschien word je wel doorgestuurd naar de nog meer besproken hel. Daar waar ze je laten branden in het vuur tot je helemaal op brandt je zou moeten boeten voor al je zonden tijdens je leven. Zeven maal zeventig maal.

Maar wat als er helemaal geen God bestaat?

zaterdag 10 januari 2009

Een kusje en de pijn is weg.

Eenzaamheid knaagt aan me. Bang om vergeten te worden, bang om niet leuk gevonden te worden. Te koppig om hulp te vragen. Ik kan het wel, ik wel.

Een kusje en de pijn is weg. Als klein meisje heeft het zo vaak geholpen. Of dacht ik enkel dat het hielp?
Nee, het hielp echt.
Waarom wilt het nu dan niet meer lukken? Ook al is er niemand meer die de pijn weg kan kussen. Die de pijn weg wilt kussen.

Ik voel me alsof ik aan het wachten ben om ten dans gevraagd te worden maar nooit gevraagd word. Nooit ik altijd een ander.

Ik voel me leeg ik ben leeg, ik voel me lelijk ik ben lelijk. Wat je voelt dat ben je en wat je bent dat voel je. Toch?

Ik voel me alsof ik in een volle zaal sta te schreeuwen maar niemand om kijkt. Niemand let op me. Nooit gedaan.

Ik voel me alsof niemand luistert naar wat ik vertel écht vertel. Hebben ze nooit gedaan.

Een kusje en de pijn is weg.

vrijdag 9 januari 2009

Van papa naar vader.

Toen ik een kind was deden we veel samen we gingen samen fietsen, zwemmen, pretparken bezoeken, naar de zee,...

We gingen ook soms naar de speeltuin verstoppertje spelen.
Papa waar ben je?

Met het ouder worden is het veranderd is 'onze' band veranderd is hij veranderd en ben ik veranderd. Nooit meer zal ik dat kleine meisje zijn waar hij mee ging spelen. Nooit meer zal hij trots zijn op mij, geen enkele keer zal ik goed genoeg zijn. Dat is ons lot geworden, dat hoort gewoon zo al mag het zo niet horen.

Soms verlang ik terug naar toen. Ook al besef ik dat het nooit meer wordt zoals toen.

Mijn papa of beter gezegd mijn vader zal me nooit aanvaarden hoe ik ben. Veranderen kan ik niet terug keren naar toen ook niet dus asjeblieft laat me zijn wie ik ben ook al had je het anders gehoopt en verwacht. De woorden komen nooit over mijn lippen als ik bij hem ben. Ergens weet hij het wel zonder dat ik het gezegd heb en toch ben ik bang, bang om het onuitspreekbare uit te spreken.

Maar ik blijf toch jouw dochter. Soms zou ik je willen smeken om me graag te zien om me nog even vast te houden zoals toen. Wat heb ik verkeerd gedaan? Waarom zie ik steeds je verwijtende ogen naar me kijken? Soms vertellen je ogen iets anders dan je mond soms ben je vriendelijk en durf ik niet in je ogen te kijken want ik weet dat daar het verwijt ligt. Waarom?

Ik weet dat ik niet perfect ben maar dat is niemand. Waarom wil jij mijn fouten niet aanvaarden?


Papa asjeblieft. Zie me gewoon graag.





donderdag 8 januari 2009

Doodsbang.

Ik ben bang. Ik ben doodsbang.


Ik ben doodsbang van jou, van hem en van haar. Nog het meest van mezelf misschien. Bang om de verkeerde keuzes te maken, bang om je met mijn spreken te ambeteren, bang om je met mijn zwijgen te vervelen. Nooit zal ik je vragen te luisteren naar mij. Nooit zal ik verlangen dat je me begrijpt.

Ik ben doodsbang dat jij me op een dag zal vragen mezelf uit te leggen. Helaas ben ik niet uit te leggen. Ik zou niet verder komen dan mijn naam.

Ze zeggen dat je uit het leven moet halen wat erin zit. Ik wéét dat er in mijn leven iets zit ik moet het alleen nog zoeken. Maar vinden zal ik het.

Ze zeggen dat je je niets moet aantrekken van wat anderen over je zeggen maar stiekem doet iedereen dat toch een beetje. Toch? Iedereen wilt toch goed staan bij een ander niemand heeft toch graag dat er over zich slecht gesproken wordt. Zij die zeggen dat ze het niet doen twijfelen nog het hardst van allemaal.

Wanneer ik 's nachts naar de hemel kijk zie ik duizende sterren.Op een dag zal ik minstens even hard schitteren als al die fonkel lichtjes samen. Ooit.

woensdag 7 januari 2009

Met uw ogen toe - Hannelore Bedert

Ik weet da gij soms ook achterloopt op den tijd en da g'er ook nog niet uit zijt wie ge eigenlijk wilt zijn. Ma schrijft een liedje over mij want mijne radio is kapot schrijft er eentje op mijn lijf zonder begin en zonder slot ge moogt alleen maar praten als 't is om beter te weten alleen maar zien als ge et daarna kunt vergeten.


Ma doet uw ogen toe.


Als ge mij morgen wilt vervangen. Zet mij dan gewoon als reserve aan de kant. En roep mij als ge 't koud krijgt als ge zelf aan de zijlijn zijt belandt. Ik geef het gene naam Ik denk er nie meer over na ik val gewoon wa sneller En we zien wel wat daarna. Kijken mag zolang ge daar maar Nie te veel bij nadenkt.

Ma doet uw ogen toe Ik ben zoveel schoner Als ge 't licht uitdoe

Kijken mag zolang ge daar maar Nie te veel bij nadenkt. Ma doet uw ogen toe Ik ben zoveel schoner Als ge 't licht uitdoe

Ma doet uw ogen toe
Ik ben zoveel schoner, zoveel schoner
Als ge 't licht uitdoe.


Stade gij soms ook uren aan te schuiven voor iets wa da ge uiteindelijk Toch nie nodig had?En zitte gij soms ook met iemand anders in gedachten?

dinsdag 6 januari 2009

Ontdooi me.

Kom ontdooi me maar kom niet te dicht. Ontdooi me op veillige afstand, blijf daar staan. Laat me nog even in mijn harde vorm laat me nog even een klomp zijn. Let erop dat ik niet smelt ik wil niet lopend zijn. Ontdooi me zachtjes niet in één keer met een hamer maar probeer met zacht te blazen. Probeer het dan. Probeer het niet teveel en niet te weinig, niet te snel en niet te traag.Probeer het op jouw ritme. Als het je niet zou lukken laat me dan maar liggen. Dan zal ik niet te ontdooien zijn.

Kom niet te dicht. Ga net één stapje terug. Probeer me niet te doorgronden. Laat het zijn. Laat mij zijn. Doe niet alsof je me kent. Loop niet zomaar over me heen. Probeer me niet te doen zeggen wat ik niet bedoel. Laat me leven. Maar kom niet te dicht. Blijf staan waar je staat. Alsjeblieft kom niet te dicht. Kom dicht genoeg maar niet te dicht. Laat me niet achter maar neem me ook niet mee. Laat me staan waar ik ben. Probeer me niet te begrijpen. Probeer zeker niet in mij te kijken.

Kan je volgen? Of ben ik gewoon te moeilijk. Snap je wat ik bedoel? Of ben ik niet te snappen.

Zij weten niet wie ik ben. Zij kennen enkel mijn buitenkant van mijn binnenkant weten ze niets. Ze zouden het niet eens willen weten.

Laat me achter, laat me gaan, laat me staan.

Probeer toch één keer meer. Misschien lukt het je toch.

Ontdooi me...

Porselein- Yasmine

In het diepste van m'n ziel ben ik eenzaam en fragiel maar ik staar de wereld aan als een winnaar en het leven lacht me toe bij om het even wat ik doe elke keer als ik er staan als een winnaar maar soms voel ik me zo klein wil ik iemand anders zijn diep vanbinnen kwijn ik weg van de pijn.

Porselein behandel mij heel zacht, porselein verbrijzeld door je lach. Porselein poreus en onderhuids als een winnaar haal jij me onderuit.

Mijn gedachten slaan op hol ik verval weer in m'n rol en zal m'n eigen gang weer gaan als een winnaar ik kan vechten als een vrouw zoals ik strijden zal om jou en ruim de vijand van de baan als een winnaar.

Maar vanbinnen ben ik broos heel geremd en hulpeloos in m'n hart ben ik vernederd en boos.

Porselein behandel mij heel zacht, porselein verbrijzeld door je lach. Porselein poreus en onderhuids als een winnaar haal jij me onderuit.

Ik weet het wel niemand die me vragen stelt en niemand die m'n naam vergeet.
Ik weet het wel niemand die me wakker belt en nooit eens iemand die mijn dromen leest.

Niemand die me stoort, niemand die me hoort.
Niemand die me kust als ik wakker word.
Niemand die me mist, niemand die me haat.
Niemand die de deur voor me open laat.
Niemand die me kent, niemand die me streelt.
Niemand die me ooit eens een moment verveelt.
Niemand voor mezelf, niemand om te zijn.
Wie is net als ik van porselein?

Niemand die me stoort, niemand die me hoort.
Niemand die me kust als ik wakker word.
Niemand die me mist, niemand die me haat.
Niemand die de deur voor me open laat.
Niemand die me kent, niemand die me streelt.
Niemand die me ooit eens een moment verveelt.
Niemand voor mezelf, niemand om te zijn.
Wie is net als ik van porselein?

Porselein behandel mij heel zacht, porselein verbrijzeld door je lach.
Porselein poreus en onderhuids als een winnaar haal jij me onderuit.